Emancipatie in de kerk

Afbeelding 31
Koning Willem I was in godsdienstig opzicht een waardige telg uit de familie van Oranje Nassau. Hij was protestant en had weinig op met de geestelijkheid onder de katholieken. Tijdens zijn regering werd het de kloosters verboden nieuwe novicen aan te nemen. Hij hoopte zo de kloosters te doen uitsterven. De kloosters ontdoken deze maatregel waar ze maar konden. Toch betekende het wel een terugloop van het aantal kloosterlingen, zeker in het voormalige Land van Ravenstein, waar tot de Franse tijd het kloosterleven bloeide. In heel Brabant werden de katholieken nu behandeld als tweederangs burgers.
Onder koning Willem II kwam hier drastisch verandering in. Koning Willem II groeide op in Tilburg tussen katholieken en was bevriend met bisschop Zwijsen. Hij schafte in 1840 het verbod om nieuwe novicen te benoemen weer af. Op andere punten werden de katholieken rechten beter gerespecteerd. Het betekende een golf van emancipatie voor de katholieken. Zij organiseerden zich in allerlei organisaties; bouwden nieuwe kloosters en kerken en richtten een katholieke partij op, de RKSP.
In ons werkgebied worden in Overlangel (1854) (afb. 31.); Neerlangel (1869); Demen (CA 1880) en Herpen (1907) nieuwe kerken gebouwd of bestaande kerken verbouwd. De heersende bouwstijl in die tijd is de neo-gotische stijl. De gotiek uit de 13e en 14e eeuw kenmerkt zich door verticale lijnen, ranke pilaren, grote spitsboogramen en veel versiering. In de 19e eeuw werden veel van deze kenmerken in ere hersteld.
Opvallend is de kerk van Overlangel. Deze kerk heeft een opengewerkte, smeedijzeren torenspits. Het lijkt er op dat de architect een ode aan de opkomende industrialisatie wil brengen; alsof hij een voorloper is van Gustave Eiffel. Opvallend is ook het scheepje op de torenspits wat verwijst naar de tijd dat Overlangel nog een bloeiende handelspost aan de Maas was. Veel families bouwden met de handel op de Maas hun fortuin op. Zo ook de familie De Bruijn die de bouw van de kerk financierde. Door de Maaskanalisatie zou er omstreeks 1935 een einde komen aan die handelsactiviteiten in Overlangel.